Op donderdag 27 april 2017 heeft de launch van het project ‘Improving Technical and Institutional capacities for disaster and Climate Risk Management and Sustainable Agriculture in Suriname, Guyana and Jamaica’, plaatsgevonden in ons land, waarbij een workshop is gehouden met stakeholders. Dit project dat ondersteund wordt door de VN Voedsel en Landbouworganisatie, de FAO, zal ondermeer moeten resulteren in de samenstelling van een rampenplan voor de agrarische sector.
Hogere temperaturen, stijgende zeespiegel, verandering in de zoutgehalte en zuurgraad van oceanen, meer of minder regen zijn resultaten van de jarenlange activiteiten die onder andere de milieu verontreinigen. Ook onverantwoorde activiteiten binnen de agrarische sector dragen bij aan (nadelige) verandering van het klimaat zoals het onverantwoord gebruiken van pesticiden en ontbossing. In Suriname zijn de gevolgen van radicale klimatologische verandering ook merkbaar in de agrarische sector. Het binnenland en het gebied Weg naar Zee zijn meerdere malen geteisterd door watersnood die nadelige gevolgen had voor de agrarische activiteiten.
Nadat de directeur van het ministerie van LVV, Djoemadie Kasanmoesdiran, de startsein van het project heeft gegeven, zijn er presentaties gehouden door Dino Demidof van het Inter-American Institute for Cooperation on Agriculture (IICA), Rabia Ramdin, waarnemend Hoofd Landbouw Voorlichting, en Martina Duncan van de FAO. Tijdens de workshop zijn door de stakeholders van gedachten gewisseld, waarmee het fundament is gelegd voor de opstelling van de “Preparedness and Recoveryplan” voor als een ramp de agrarische sector heeft getroffen.
Het ministerie van LVV heeft al innovatieve stappen ondernomen om de invloeden van klimaatverandering op te vangen. Die zijn onder andere: het bevorderen van het telen van gewassen in plantenkassen, toepassen van ecologische teelttechnieken en integrated pest management. Desondanks moet er een rampenplan voor de agrarische sector worden vastgesteld. Dit project is zeer belangrijk voor het ministerie, omdat zij verantwoordelijk is voor de sector en heeft ondermeer als taak ‘het garanderen van de voedselzekerheid’.-
