De skalianhouders die op het stuwmeer naar goud zochten, willen de staat voor het gerecht slepen om aan te tonen dat zij niet illegaal bezig zijn. Zij geven aan over alle bewijzen hiervan te beschikken. De drijvende goudbedrijven zitten al ruim twee maanden aan de ketting bij een post van de Commissie Ordening Goudsector (OGS) te Lebi Doti.
Er is een boete van miljoenen SRD’s aan de eigenaren opgelegd. Zij hebben aangegeven dat zij dit echter niet zullen betalen. Pieter Peneux die namens de eigenaren van de skalianhouders het woord voerde geeft aan dat zij altijd geprobeerd hebben om zaken legaal te doen. Hij beschikt documenten uit 2011 die aangeven dat de overheid en het lokaal bestuur lange tijd op de hoogte zijn geweest van de activiteiten op het stuwmeer. Volgens de ondernemer zijn er duidelijke afspraken gemaakt met de voorzitter van OGS, Gerold Dompig.
Volgens Peneux zijn de skalians niet vernietigend bezig geweest op het stuwmeer. “We hebben altijd bij kreken gewerkt en niet hard op het stuwmeer. Ik kan bewijzen dat waar de skalians gewerkt hebben het gebied na zes weken weer schoon is. Met kwik werken we niet. Wij halen juist met het zuigen van het materiaal het kwik uit de bodem, kwik dat door de goudzoekers op land in het water is terechtgekomen. We maken juist schoon,” beargumenteerde hij.
Minister Regillio Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen zegt dat de skalianhouders geen vergunning hebben en dus nog steeds strafbaar bezig zijn. Hij voegt eraan toe dat er door de jaren heen een gedoogd beleid is gevoerd, waardoor er verwachtingen zijn gewekt bij de skalianhouders. “Ze mogen doen wat ze willen, maar ze gaan niet meer op het stuwmeer”, zegt de bewindsman.
